Algemeen
Tegenbewijsregeling box 3
Woensdag 2 juli 2025
Heb je privévermogen (los van je eigen woning of aandelen in je eigen B.V.)? Dan wordt dat belast in box 3 van de inkomstenbelasting. Tot nu toe gebeurde dat via een vaste rekenmethode: een percentage over de waarde van je vermogen op 1 januari. Maar dat verandert. In juni 2024 bepaalde de Hoge Raad dat jouw box 3-inkomen moet worden vastgesteld op basis van het werkelijke rendement. Daarop is een nieuwe wet gemaakt: de Wet tegenbewijsregeling box 3. Deze is al aangenomen door de Tweede Kamer; de Eerste Kamer moet er nog over stemmen. We praten je graag bij over wat deze nieuwe wet voor jou betekent.
Wat houdt de Wet tegenbewijsregeling box 3 in?
In je aangifte inkomstenbelasting over 2024 en eerdere jaren wordt je inkomen in box 3 standaard berekend via de forfaitaire methode. Maar dankzij de nieuwe Wet tegenbewijsregeling box 3 krijg je nu de kans om te laten zien wat je werkelijke rendement is en als dat lager is dan het forfaitaire bedrag, dan wordt dat lagere bedrag gebruikt. Er volgt dan mogelijk een belastingteruggaaf.
Let op: het is niet verplicht om gebruik te maken van deze regeling. Doe je dat niet of blijkt jouw werkelijke rendement juist hoger te zijn? Dan blijft gewoon het forfaitaire inkomen gelden en verandert er niks. Je betaalt dus nooit méér belasting door deze regeling.
Heb je in eerdere jaren geen vermogen in box 3 opgegeven? Dan verandert er voor jou ook niks, je hebt dan immers geen belasting betaald en dus ook geen recht op teruggave.
Je mag per jaar zelf bepalen of je gebruikmaakt van de regeling. Het is dus prima om alleen voor jaren waarin het gunstig uitpakt, bewijs aan te leveren. Bijvoorbeeld: is in 2023 je werkelijke rendement lager dan het forfaitaire inkomen? Dan geldt alleen voor dat jaar het werkelijke rendement. De andere jaren blijven zoals ze zijn.
De regeling geldt in principe tot en met 2027. Vanaf 1 januari 2028 komt er nieuwe wetgeving waarbij het werkelijke rendement de basis wordt voor je belasting in box 3.
Wat telt mee als werkelijke rendement?
Volgens de nieuwe regeling horen deze onderdeVolgens de nieuwe regeling horen deze onderdelen bij je werkelijke rendement:
- Ontvangen inkomsten uit je bezittingen in box 3, zoals huur, rente, couponrente of dividend;
- Betaalde rente over schulden in box 3;
- Gerealiseerde winsten of verliezen bij verkoop van je bezittingen;
- Ongerealiseerde waardeveranderingen (stijging of daling) van je vermogen, zoals effecten of onroerende zaken.
Uit deze opsomming blijkt dat voor de berekening van het werkelijke rendement geen rekening mag worden gehouden met betaalde kosten, zoals bijvoorbeeld verhuurkosten en kosten van effectenbeheer.
Omdat de gerealiseerde en ongerealiseerde waardestijgingen tot het werkelijke rendement moeten worden gerekend en de betaalde kosten niet aftrekbaar zijn, zal het werkelijke rendement van belastingplichtigen met een effectenportefeuille en/of vastgoed vaak niet lager zijn dan het forfaitaire inkomen. Maar in een jaar waarin negatieve resultaten zijn behaald, kan het voordelig zijn om gebruik te maken van de Wet tegenbewijsregeling box 3.
Hoe geef je het werkelijke rendement door?
De Belastingdienst weet zelf niet wat jouw werkelijke rendement is. Daarom komt er binnenkort een digitaal formulier waarmee je die gegevens kunt aanleveren. Wij kunnen dat vervolgens namens jou indienen via onze aangiftesoftware. Een losse brief sturen is dus niet mogelijk.
De Belastingdienst heeft al een voorlopige lijst gemaakt van welke informatie je nodig hebt. Je kunt die via deze link bekijken. Zodra het definitieve formulier beschikbaar is, laten we dat weten.
Vraag of opmerking?
Heb je vragen over deze regeling? Of wil je weten of dit ook voor jou voordelig kan uitpakken? Neem gerust contact met ons kantoor op +31 344 621 222. We denken graag met je mee!
